zondag 19 september 2010

Tweede helft: Internationaal Congres Stuttgart 13-17 september

Congresvlaggen voor het Rathaus in Stuttgart
 
 Pro Heraldica
Woensdagavond ging een bus vol congresgangers mee met een uitstapje naar het bureau van het organiserende Pro Heraldica. Dit bedrijf bestaat nu bijna veertig jaar, is mede opgericht door de bekende heraldicus Ottfried Neubecker, heeft 34 medewerkers op de loonlijst staan en een groot netwerk van onderzoekers die in opdracht werken. Ze zijn ruim gehuisvest op een bedrijventerrein aan de rand van Stuttgart en hebben een omvangrijke bibliotheek, genealogische en heraldische handschriften en een omvangrijke collectie lakafdrukken.

Wetenschappelijk directeur Rolf Sutter geeft uitleg over de bedrijfsfilosofie. Pro Heraldica richt zich op mensen die geen tijd hebben zelf met de familiegeschiedenis aan de slag te gaan maar wel de middelen hebben om onderzoek te laten doen. We krijgen wat voorbeelden van hun werk te zien. De uitvoering krijgt erg veel aandacht. Ziet er allemaal chique uit. Mooie rapporten, stambomen voor aan de wand. Pro Heraldica richt zich duidelijk op de bovenkant van de markt. Die moet in Duitsland omvangrijk zijn, om zo’n bedrijf in stand te kunnen houden.

Ik blader door een genealogie in twee grote rode leren banden, gedrukt op zwaar papier en in kleur. De familiegeschiedenis wordt verteld in een lopend verhaal met illustraties, aan de hand van de gevonden genealogische en biografische informatie en geplaatst in het kader van de grotere geschiedenis. De tweede band bevat afbeeldingen van documenten die de basis van het verhaal vormen.

De andere kurk waarop Pro Heraldica drijft is de heraldiek. Ook die is volop aanwezig in de kantoren, met voorbeelden van allerlei objecten waarop je een wapen kunt laten aanbrengen, van lakstempel tot servies.  Pro Heraldica zorgt voor de hele cyclus, van ontwerp tot registratie. Publicatie vindt met stamreeks plaats in de Allgemeine Deutsche Wappenrolle.

Donderdag: lezingendag
Donderdagmorgen zit ik als voorzitter bij een van de sessies. Daardoor mis ik twee Nederlandse bijdragen aan  het congres, die in de parallelsessie zitten. Een lezing van Hans de Boo (die wordt voorgelezen omdat hij er zelf niet bij kan zijn) over Nederland als waterland in de heraldiek, en een lezing van Jan Anema over Friese heraldiek in de Late Middeleeuwen. Alle lezingen worden in de congresbundel gepubliceerd. Ik kan ze dus alsnog nalezen.

´s Middags laat Hugh Pesket, uitgever van Burke´s Peerage, aan de hand van een onderzoek naar de voorouders van Ronald Reagan zien, dat je alle mogelijke lijntjes moet volgen bij vastlopend genealogisch onderzoek. De overgrootvader van de president kwam volgens de Amerikaanse volkstellingregisters uit Ierland, zonder dat de plaats van herkomst werd genoemd. Dat betekende zoeken naar een speld in een hooiberg. Bij nadere beschouwing van de ‘census records’ bleken enkele kinderen in Engeland geboren. Hugh vond ze in Londen, met hun ouders, terug in de Engelse volkstellingregisters . De opnemers van de Engelse volkstelling hoefden bij Ieren in principe alleen het herkomstland te vermelden, maar in dit geval was ook de county gegeven: Tipperary. Nu was in Ierse kerkenboeken de doop van de overgrootvader snel gevonden. Ook de in de VS bij overgrootvader inwonende broers kwamen uit deze bron tevoorschijn. Daarmee was er via gezinsreconstructie een ondersteunend bewijs voor de juistheid van de filiatie.

Vrijdag: lezingen en afsluiting
De laatste congresdag merk je meestal een zekere ‘vermoeidheid’ bij de deelnemers. De lezingen worden wat minder druk bezocht, er worden tussendoor wat souvenirs gekocht of een museum bezocht. Op een volle lezingendag kan je tussen 9.00 en 17.15 acht lezingen volgen. Veel congresgangers laten er de laatste dag een paar vallen. 

Zo’n congres is niet alleen ‘de lezingen’. Dan zou je kunnen volstaat met het lezen van de congresbundel. Ze vormen wel het fundament. Daarnaast is het ontmoeten belangrijk. Bijpraten met bekenden en nieuwe contacten opdoen. Uitwisselen over ontwikkelingen in de verschillende landen.  Dat gebeurt op alle mogelijke momenten buiten de lezingen, tijdens de pauzes in de wandelgangen,  tijdens de lunch en ’s avonds.

Ik volg nog een paar lezingen, onder andere over middeleeuwse namen, het wapen van de eerste Zweeds Bernadotte koning (Franse militair, van niet adellijke komaf, door Napoleon prins van Ponte Corvo gemaakt, waarvan het Zweedse koningshuis nog steeds het wapen voert), over Zuid-Duitse heraldische handschriften uit het eind van de Middeleeuwen (interessante systematische analyse), wapens op Gothische altaarstukken in Catalonië. De allerlaatste lezing van het congres is van Dirk Weisleder, voorzitter van de Duitse bond van familieverenigingen. Hij houdt een gedreven betoog over het koesteren van familieoverlevering, het houden van familiedagen, het doorvertellen. Hij propageert een elfde gebod: ‘Gij zult herinneren’. Had veel weg van een politieke redevoering.

Stuttgart 2010 was een in meerdere opzichten geslaagd congres. Heb weer het een en ander geleerd en leuke contacten gelegd en wat tips gekregen voor mijn rouwborden onderzoek. Pro Heraldica had het prima georganiseerd. Ze zijn graag bereid hun draaiboek en ander materiaal te delen. Daar kunnen we van profiteren.

Op naar Maastricht 2012.

donderdag 16 september 2010

Halverwege: Internationaal Congres Stuttgart 13-17 september



Deze week vindt in Stuttgart het tweejaarlijkse International Congress of Genealogical and Heraldic Sciences plaats. Woensdag is traditioneel de excursiedag. Ik gebruik hem om rond te kijken in Stuttgart en dit verslagje van de eerste twee congresdagen te maken.

Afgelopen zondag reisde ik af naar Stuttgart.De snelheidstrein ICE bracht me in ruim vijf uur naar de hoofdstad van deelstaat Baden- Würrtemberg. Daar kan geen auto tegenop. De bagage was wat uitgebreider dan anders: een extra koffer met folders en promotiekaarten voor het 30e congres dat CBG en NGV in 2012 in Maastricht organiseren. Het tweejaarlijkse congres is nu georganiseerd door het bedrijf Pro Heraldica, samen met de heraldische vereniging Wappen Herold. Ze deden dat in ruim een jaar, nadat een andere organisator afhaakte. Een knappe prestatie. En ze hebben het op een professionele manier aangepakt. De communicatie voor het congres was goed en het congresmateriaal dat ik zondagavond oppik op de congreslocatie ziet er verzorgd uit.

Maandag openingsdag
De opening maandagmorgen is in het Neue Schloss, de oude residentie van de koningen van Württemberg. Het slot is redelijk gespaard uit de oorlog gekomen. Andere delen van het centrum van Stuttgart zijn volledig in puin gebombardeerd, en deels in moderne stijl weer opgebouwd. In de Witte Zaal van het slot krijgt het congres een stijlvol begin, met enkele speeches, afgewisseld met een pianotrio.
Het thema van het congres is "identiteit in genealogie en heraldiek" en daarmee zit je in de kern van beide disciplines. Rolf Suter, de vicevoorzitter van het congres had een mooie bespiegeling over het tijdsbesef in relatie tot familiebewustzijn. Familiebewustzijn helpt ons de tijd te ordenen.We spreken van generaties die ons zijn voorgegaan, van de jongste generatie. Dat denken in generaties heeft ook zijn plaats gekregen in genetica en in de psychologie. Suter verwees naar een richting in de psychologie die gebruik maakt van 'familieopstellingen'. Het is verrassend te zien hoe generaties voor ons van invloed zijn op ons denken en handelen nu. Zij geven daarmee - of we ons daar nu wel of niet bewust van zijn - vorm aan onze identiteit.

Maandagmiddag ging het lezingenprogramma van start. Van de vijfenvijftig lezingen dit congres is ongeveer tweederde heraldisch. Daarmee komt de genealogie wat minder aan bod dan anders.
Landgenoot Willem van Zon was een van de sprekers. Hij heeft een interessante matrix ontworpen op basis waarvan je kunt vaststellen wat dominante en minder dominante elementen zijn bij de keuze van een wapen, van de kleuren, figuren etc. die je daarin een plaats geeft. Als je deze matrix naast de wapenregistratie van de NGV legt dan blijkt het laten spreken van een wapen erg dominant te zijn) de naam verbeeld in het wapen) en het verbeelden van landbezit weinig voor te komen. Dat is op zichtzlef geen verrassing, maar je kunt dit vergelijken met andere registraties, wapens in een bepaalde plaats of regio, een periode, enzovoort. Kortom: een handig hulpmiddel. En dankzij de lezing kregen buitenlandse collega´s een idee hoe in Nederland bij ontwerp en registratie met wapens wordt omgegaan.

De openingsavond is er meestal een receptie voor de congresgangers. Die kreeg dit jaar een bijzonder karakter dankzij "S 21".  In Stuttgart, maar ook daarbuiten, is veel te doen over een infrastructureel plan die de bereikbaarheid van Stuttgart voor en de verbinding met München van de hoge snelheidstrein moet verbeteren. Het plan is tien jaar geleden aangenomen, maar nu het uitgevoerd wordt zijn er twijfels over de noodzaak en de beheersbaarheid van de kosten. De weerstand is groot en breed gedragen. De protestactiviteiten concentreren zich nu rond het station, dat nu deels wordt gesloopt. Daar is constant politie aanwezig om ervoor te zorgen dat de sloop door kan gaan. Actievoerders zijn ook constant aanwezig, en allerlei middelen duidelijk dat zij tegen "S21" zijn. De hekken rond het sloopterrein zijn door tegenstanders volgehangen met statements en objecten.

Een van de mikpunten van kritiek is Oberbürgemeister Schuster. Daarvan werden de congresgangers zich bewust tijdens de receptie in de Staatsgalerie. Bij aankomst moesten we door een politiecordon heen en tijdens de receptie braken demonstranten door de politiebewaking heen en lieten door fluitconcerten en gebonk op de ramen hun ongenoegen blijken over het beleid van de burgemeester. 
Zo waren we ineens verzeild in een politiek spel. Een van de sprekers die zich daardoor moeilijk verstaanbaar kon maken was een Zuid-Afrikaanse gast, de koning van de Khoi-San (bosjesmannen), met Nederlandse voorouders overigens.

Dinsdag
Dat was om twee redenen een bijzondere dag. 's Ochtends gaf ik mijn lezing naar aanleiding van het rouwborden project in de Grote Kerk van Breda, met een schets van de geschiedenis van rouwborden in Nederland. Maandagavond had ik nog stevig zitten schrappen in de tekst en dat bleek maar goed ook. Ik had de lezing precies binnen de tijd rond en er was nog gelegenheid voor een paar vragen ook. De reacties waren positief. Buiten Nederland (en ook wel daarbinnen) heeft men vaak geen idee van de heraldische rijkdom van ons land. Leuk om dat op dit podium voor het voetlicht te brengen.
Tussen de middag hadden we als organisatiecomité de taak om het Bureau Permanent des Congrès, het toeziend orgaan - te vertellen over de voortgang van de voorbereidingen voor Maastricht 2012. Dat hadden we (Jan Anema, Roelof Vennik en ik) netjes voorbereid. Liep dus goed. We merkten enthousiasme voor het congres in ons land. De promotiekaart, ontworpen door collega Guus van Breugel, doet het daarbij goed. De Nederlandse congresgangers treden ook als ambassadeurs op en delen de kaarten uit.

's Middags nog een paar interessante lezingen gehoord. Bijvoorbeeld van Stanislav Dumin die vertelde over de ontwikkeling van de genealogiebeoefening in Rusland. De afgelopen vijftien jaar komt er ook onder de 'gewone Russen' steeds meer belangstelling voor familiegeschiedenis.Nadat de Sovjet Unie ophield te bestaan was het aanvankelijk vooral genealogie vanuit de behoefte aan 'restauratie', onderzoek naar belangrijke families van voor de Revolutie. Gewone Russen kunnen - als de bronnen door oorlog of communisme niet verloren zijn gegaan - vaak wel terugkomen tot in de achttiende eeuw. Vanaf de tijd van tsaar Peter de Grote waren de lokale geestelijke verplicht ieder jaar in tweevoud een inwonerlijst te produceren, waarvan er één op lokaal bleef en de ander naar het regionale bestuur werd gestuurd.
De laatste lezing van de dag was van heraldisch tekenaar Ronny Andersen, die de afgelopen jaren veel Deense gemeentewapen ontwierp. Aan de hand van tal van voorbeelden liet hij zien hoe hij in samenspraak met gemeenten tot een voor alle partijen aanvaardbaar ontwerp kan komen. In een aantal gevallen moet hij het afleggen tegen grafische ontwerpbureau's die minder vertrouwd zijn met heraldiek en daardoor komen tot ontwerpen die wat de inhoud betreft meer van een logo hebben. Daardoor zijn ze meer tijdgebonden en daarmee sneller aan vernieuwing toe. Een goed ontworpen gemeentewapen heb je in principe voor 'de eeuwigheid'. Alleen de artistieke interpretatie ervan pas je in de loop van de tijd aan, bijvoorbeeld de stilering.

Woensdag
De traditionele excursiedag besteedde ik zoals gezegd om Stuttgart wat beter te leren kennen. Een stadswandeling bracht me bij en soms in de belangrijkste gebouwen, bijvoorbeeld het Haus der Geschichte (tweehonderd jaar geschiedenis van de deelstaat, met mooie ruimte vol familiefoto's, de mensen die de geschiedenis maakten en maken), Landesbibliothek (even rondgekeken), Hauptstaatsarchiv (even rondgekeken), Leonhard Kirche (mooie heraldische grafstenen), Hegelhuis (even geen zin in filosofie), Landesmuseum (in Alte Schloss, geschiedenis vanaf de Steentijd, ook bijzondere serie sterfbedschilderijen en grafmonumenten van hertogen en koningen van Württemberg).